maandag 10 oktober 2011

Teveel overhead in het onderwijs

Ferry Haan in de Volkskrant:

In de discussie over de productiviteit van de docent wordt altijd vergeten dat er steeds meer mensen op school rondlopen die helemaal niet productief zijn. Ze werken wel hard, maar staan nooit voor de klas. In de nasleep van de diplomafraude bij InHolland, is de hogeschool nu gedwongen veel mensen te ontslaan. Doekle Terpstra, de InHolland-bestuursvoorzitter, schrapt vooral in personeel dat geen les geeft. Terwijl hij eenvijfde van het personeel op straat zet, wil InHolland toch een 'kwaliteitsslag' maken. Als dat lukt, is dat het bewijs dat er te veel mensen rondlopen op scholen die weinig toevoegen aan de leerprestaties.
Zo bont als bij InHolland is de situatie niet in het basis - en het voortgezet onderwijs. Toch loopt op elke middelbare school meer personeel rond dan vroeger. Elke docent kan in het smoelenboek turven hoeveel personen op de loonlijst staan die geen contact hebben met leerlingen. Ik schat dat deze verhouding één op drie is. Op elke drie personen werkzaam in een school komt er één niet of nauwelijks in een klaslokaal.
Buiten school is de situatie niet veel anders. Rond het onderwijs bevindt zich een schil aan adviesraden, stichtingen, onderzoeksbureaus en instellingen. Al deze instanties laten graag hun mening horen over de productiviteit van de gemiddelde docent. De vraag hoe productief deze 'schil' zelf is, wordt niet gesteld. Het is verbazend dat er altijd 'over het onderwijs' wordt beslist in plaats van 'door het onderwijs'. Zoals altijd waren ook op de SBO-bijeenkomst docenten ver in de minderheid. Docenten staan voor de klas. Ze draaien hun productie. [...]
Wanneer we hier beginnen, dan kan daarna de productiviteit van docenten omhoog. Dat hoeft niet ingewikkeld te zijn. De klassen hoeven niet groter. De docenten moeten simpelweg meer les geven. Geen grotere productiviteit per uur, maar per week. Het is een misvatting dat elke docent in het onderwijs ook altijd lesgeeft. Naast het lesgeven hebben zij taken die worden betaald met de onderwijsvaluta: tijd. Van elke taak staat vast hoeveel lesuren die kost. De meeste ervaren krachten hebben meerdere taken en staan daardoor minder uren voor de klas.
Ook moeten de directies meer naar zichzelf kijken. Hoeveel directieleden en teamleiders heeft een school nodig? Kan de productiviteit van bestuurders ook omhoog? De vraag stellen is hem beantwoorden. [...]
De zoektocht naar een hogere arbeidsproductiviteit kan zuiverend werken in het onderwijs. Wanneer scholen goed nadenken over de randactiviteiten rond het lesgeven, zou dat kunnen betekenen dat de werkdruk voor docenten daalt. De schooldirecties zouden zich dienstbaar kunnen opstellen aan de productiviteit van de docent. Elke maatregel die hun productiviteit verlaagt, zou extra kritisch moeten worden bekeken. Docenten klagen zelden over het aantal lessen dat ze moeten geven, maar wel over de werkdruk die bijzaken meebrengen.
Voor het onderwijs met deze discussie lastig te vallen, moet de 'schil' rond het onderwijs eerst zijn bestaansrecht aantonen. Niets is irritanter voor docenten dan dat derden gaan vertellen dat zij productiever moeten worden. Wie deze boodschap brengt zal sterk in zijn schoenen moeten staan. Voordat minister of staatssecretaris beginnen over 'arbeidsproductiviteit' of, nog gevoeliger, 'prestatiebeloning', is het verstandig eerst de 'niet-productieven' binnen het onderwijs tegen het licht te houden. Heeft het onderwijs al die ondersteuning wel nodig?
Ware woorden. Maar de grote categorie eind-verantwoordelijken voor de opvoeding, die systematisch buiten de onderwijsdiscussie gehouden wordt, blijven... de ouders.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten