1. Een idee van dialoogUit: Luigi Giussani, Het risico van de opvoeding, Stichting Levende Mens, Leiden 2011, ISBN 9789081695015, blz. 62-66. Bestel het boek HIER voor 11,49 + verzendkosten.
Als we volledig buiten de wereld zouden staan, los van de anderen, en de mens alleen zou zijn, volstrekt alleen, dan zou hij nooit iets nieuws vinden. Nieuwheid ontstaat altijd uit de ontmoeting met iets anders; volgens deze regel ontstaat het leven: wij bestaan omdat anderen ons leven gegeven hebben. Een geïsoleerd zaadje groeit niet meer; maar als het in de conditie gesteld wordt door iets anders opgewekt te worden, dan ontkiemt het. Het andere is essentieel voor de ontwikkeling van mijn bestaan; zonder het andere wordt dat wat ik ben geen dynamiek en leven. Deze relatie met het ‘andere’, wie of wat dat ook is, heet dialoog.
Wat voegt de ander toe? Hij brengt in elk geval altijd een eigen accentuering van een interesse, een benadrukking die als zodanig onvolledig is, maar die, in een geheel van geordende verhoudingen, bijdraagt aan een rijpe eenheid en volledigheid. Ieder van ons – juist omdat hij een type is met een bepaald temperament – is ertoe geneigd bepaalde dingen te benadrukken. Het contact met anderen laat hem andere dingen of andere aspecten van dezelfde dingen zien, en zo staat de dialoog in functie van de horizon van universaliteit en totaliteit waartoe de mens bestemd is. In dit licht begrijpen we hoe belangrijk de functie van de dialoog is voor de katholiciteit van de Kerk.
2. Voorwaarden voor een dialoog
Grenzeloze openheid – eigen aan de dialoog als ontwikkelingsfactor van de persoon en scheppingsfactor van een nieuwe maatschappij – kent één onmisbare voorwaarde: ware dialoog bestaat enkel in de mate van mijn zelf-bewustzijn. Er is sprake van een dialoog als deze beleefd wordt als vergelijking tussen het voorstel van de ander en het bewustzijn van het voorstel dat ikzelf vertegenwoordig, dat ikzelf ben. Dialoog bestaat dus enkel in de mate van de rijpheid van mijn eigen zelf-bewustzijn. Bijgevolg, als de ‘crisis’, in de betekenis van de geëngageerde zifting van de eigen traditie, niet logisch voorafgaat aan de dialoog met de ander, dan raak ik door de invloed van de ander geblokkeerd; ofwel brengt de ander, door mij afgewezen, een irrationele verstarring in mijn positie teweeg. Dialoog impliceert dus inderdaad openstaan voor de ander, voor ieder ander, want elkeen getuigt van een interesse of een aspect dat je zelf verwaarloosd zou hebben, en daarom brengt eenieder een steeds volledigere vergelijking in je teweeg; maar dialoog impliceert ook een rijpheid van mijzelf, een kritisch bewustzijn van wat ikzelf ben.
Als we dit niet voor ogen houden, lopen we het zeer ernstige gevaar dialoog te verwarren met compromissen sluiten. Want uitgaan van wat men met de ander gemeenschappelijk heeft, betekent niet noodzakelijkerwijze hetzelfde zeggen, ook al gebruiken we dezelfde woorden: de rechtvaardigheid van de ander is niet de rechtvaardigheid van de christen; de vrijheid van de ander is niet de vrijheid van de christen; het opvoedingsbegrip van de ander is niet opvoeding zoals de Kerk die begrijpt.
Om een woord te gebruiken uit de scholastieke filosofie: de woorden die wij gebruiken hebben een andere vorm, betekenen iets anders vanwege de andere manier om de dingen waar te nemen, aan te voelen, aan te pakken.
Wat we gemeen hebben met de ander is niet zozeer te vinden in zijn ideologie als wel in die oorspronkelijke structuur, in die menselijke behoeften, in die oorspronkelijke criteria die van hem een mens maken zoals wij. Openstaan voor een dialoog betekent daarom weten uit te gaan van datgene waarvoor de ideologie van de ander of ons eigen Christendom zichzelf als oplossing voorstellen; want reëel verschillende opvattingen hebben niets gemeenschappelijks; behalve het mens-zijn van degenen die ze hooghouden als vaandels van hoop of van antwoord.
3. De hedendaagse situatie
Deze kanttekening is relevant omdat de opvattingen van democratie en openheid zoals die gekoesterd worden door de heersende mentaliteit, ertoe neigen aan het begrip dialoog afbreuk te doen. Men neigt ertoe de ‘democraat’ te identificeren met de relativist (welke versie van het relativisme hij ook toegedaan is, als hij maar relativist is). En men neigt ertoe als antidemocratisch – intolerant, dogmatisch – te bestempelen wie iets absoluuts erkent.
Enkele jaren geleden bestond een tamelijk bekende universitair docent het in een intelligent milieu in Milaan de uitspraak te doen: “Een katholiek kan, om het enkele feit dat hij katholiek is, geen burger zijn van een democratische staat. Want een katholiek beweert het ware te kennen, het absolute; en dus is er met hem geen dialoog mogelijk. Daarom is democratisch samenleven met hem onmogelijk”.
Uit deze mentaliteit – of uit ermee gesloten compromissen – ontstaat de poging als ‘open-minded’ te definiëren wie ertoe neigt “datgene terzijde te laten waarin men verdeeld is en alleen datgene te beschouwen waarin men verenigd is”, de visie die men van het leven heeft terzijde te laten. Maar dat is een tijdbom vol reusachtige misverstanden.
Voor onze christelijke mentaliteit is democratie samenleven, dat wil zeggen erkennen dat mijn leven het bestaan van de ander impliceert; en het instrument van dit samenleven is de dialoog. Maar dialoog is aan de ander voorstellen wat ikzelf zie en aandacht hebben voor wat de ander beleeft, omwille van een hoogachting van diens mens-zijn en een liefde voor hem, die geenszins twijfel omtrent mijzelf impliceert, geenszins een compromis impliceert met betrekking tot wat ikzelf ben.
Dit openstaan, eigen aan het christelijke bewustzijn, baseert zich op de erkende eenheid van de menselijke natuur – in haar oorsprong, waarde en bestemming –, los van enige ideologie, en proclameert als wet voor de relaties de erkenning van de persoon, en dus in de eerste plaats de erkenning van diens vrijheid.
Democratie kan dus niet innerlijk gegrondvest zijn op een zekere hoeveelheid ideologisch gemeengoed, maar alleen op de caritas, dat wil zeggen op de mensenliefde, passend gemotiveerd door de relatie van de mens met God.
donderdag 12 mei 2011
Dialoog en democratie volgens Giussani
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten