zaterdag 22 juni 2013

Een ware constatering door de voorzitter van het Humanistisch Verbond

Boris van der Ham, voorzitter van het Humanistisch Verbond, constateert, nadat hij in de Volkskrant van vandaag vol trots heeft uitgelegd hoe de 'seculieren' de afgelopen decennia in Nederland veel uit het christendom voortkomende waarden hebben opgeruimd, een probleem:
"De eenmaal gewonnen vrijheid [moet] ook inhoud [krijgen]. De levensvragen van alledag zijn wellicht minder mediageniek dan het religiedebat [net alsof religie niet gaat over de levensvragen van alledag -vh], maar minstens zo belangrijk. Het is opvallend dat zelfs sommige seculieren over dit aspect soms wat schouderophalend kunnen doen, in de veronderstelling dat vrijheid zich wel vanzelf regelt. [... Ik] ben [...] van mening dat vrijheid echter niet zonder concrete actie kan. Verwaarloos je dat, dan zal het vacuüm door anderen worden ingevuld, die niet zelden opvattingen hebben die haaks staan op de onze.
En dan volgt het klassieke voorstel van een voluntaristische substitutie van de religieuze vragen (waarvoor graag meer subsidie), waarvan je op je klompen kunt aanvoelen dat die geen lang leven beschoren zal zijn (en het religieuze vacuüm dus alsnog door andere religie gevuld zal worden).
Maar het gemaakte punt is juist: een leerstoel, zeker een belangrijke (bijv. die van de uiteindelijke zin van het leven) blijft nooit lang onbezet.
"Wanneer een onreine geest iemand verlaten heeft, doolt hij rond door dorre streken op zoek naar rust, zonder die te vinden. Dan zegt hij: “Ik zal terugkeren naar mijn huis, waar ik vandaan kom.” Bij zijn terugkomst vindt hij het leeg, schoon en opgeruimd. Dan gaat hij zeven andere geesten halen die nog slechter zijn dan hijzelf; ze gaan naar binnen en blijven daar wonen. Zo iemand is er uiteindelijk erger aan toe dan van tevoren. Zo zal het ook gaan met deze slechte generatie" (Mt 12, 43-45).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten