woensdag 2 februari 2011

"De kerk moet openstaan voor iedereen, ook voor kleine gelovigen zoals u en ik "

"Tot op het bot. 18 vragen aan aartsbisschop André-Joseph Léonard" door het Vlaamse tijdschrift Humo (nr. 3672):
'Een spookrijder', zei Jürgen Mettepenningen toen hij een paar maanden geleden de deur van het aartsbisschoppelijk paleis hard achter zich dicht sloeg. Daarmee bewees de woordvoerder alleen dat hij zijn huiswerk niet had gemaakt: aartsbisschop André-Joseph Léonard (70) is al zijn hele leven lang een einzelgänger. Kwam ter wereld aan het begin van de oorlog, verloor zijn vader na tien dagen, had zijn roeping op zijn zesde, besteedde tien jaar van zijn jonge leven aan de studie van Hegel en werd aartsconservatief in tijden van revolutie: 'Op lange termijn loont het om duidelijk te zijn.' Achttien vragen aan de aartsbisschop.

1. U hebt, als doctoraal en post-doctoraal onderzoeker, tien jaar Hegel bestudeerd, de rationele filosoof bij uitstek. Waarom Hegel?


Hegel heeft een algemene visie ontwikkeld die alle aspecten van het bestaan omvat, een totaalconcept waarin wetenschap, esthetica, godsdienst en filosofie een plaats krijgen. Het is het meest omvattende systeem uit de geschiedenis van de filosofie. Mij leek het een mooie uitdaging hem nader te besgtuderen.

De studie heeft diep op uw leven ingegrepen: u bent in een crisis verzeild.

Het was een bekoring je te laten opsluiten in zijn systeem. Gelukkig heb ik een theoloog ontmoet, pater Albert Chapelle, die me in mijn zoektocht heeft bijgestaan. 'André', zei hij, 'het is mooi dat je in het systeem van Hegel binnendringt. Maar nog mooier is dat je er ook weer uit raakt (lacht).

Zàt u opgesloten in het systeem?

Dat gevaar dreigde. De filosofie van Hegel is een transpositie van het christelijke geloof. Boeiend, maar je loopt wel het gevaar de centrale rol van Christus, als waarachtige mens èn God, uit het oog te verliezen.

U bent, volgens mijn informatie, in de loop van uw studie gaan twijfelen. Aan uw geloof maar ook aan uzelf: u bent in een depressie beland.

De studie van Hegel heeft me er nooit van weerhouden te blijven bidden, maar het gevaar bestond dat ik in twee aparte werelden zou gaan leven. Dankzij de hulp van pater Chapelle en een diepere studie van het geloof heb ik die bekoring weerstaan.

Het was geen depressie?

Mnee.
Het was voor mij een bijzondere uitdaging om in 1970 les te gaan geven aan de universiteit. Twee jaar na de revolte van mei '68, stelt u zich voor: een cursus moraal doceren voor een auditorium van driehonderd woelige studenten. Bon, het is goed verlopen, maar ik moet bekennen dat ik in de maanden daarvoor bang was, en ook wel een beetje bekommerd.

In uw recente interviewboek 'Mgr. Léonard. Gesprekken' laat u optekenen dat u als jonge priester veeleer tot de progressieve vleugel in de kerk werd gerekend. Medestudenten zeggen me dat u van kamp bent veranderd na 'de Hegeliaanse crisis'. U hebt zich vastgeklampt aan de officiële leer, u werd de spreekbuis van Rome, en sindsdien draagt u met trots het etiket 'conservatief'. Studenten van toen zeggen: 'Léonard wilde niet langer twijfelen'.

Tijdens mijn studie van Hegel was ik ook al gehecht aan de traditie van de kerk. Als ik ooit een progressist ben geweest, dan was dat voor ik Hegel ging bestuderen. Ik was toen nog seminarist in Rome, waar op dat moment het Tweede Vaticaans Concilie plaatsvond. Op het Belgisch College waren we allemaal geboeid door wat er gaande was, onder impuls van de meest progressieve bisschoppen. Het Tweede Vaticaans Concilie heeft een mooie nieuwe visie op het geloof voortgebracht, ik herken mezelf daar helemaal in. Maar die crisis, zoals u het noemt, heeft me niet veranderd; ze heeft me de kans gegeven mijn geloof uit te diepen.

2. U bent aartsbisschop geworden, ook al stond u niet op het lijstje van de drie kandidaat-opvolgers, de zogenoemde terna, die de pauselijke nuntius aan Rome overmaakt.

Dat kan (lacht).

In principe was het ambt aan Jozef De Kesel vergeven, de huidige bisschop van Brugge. Voor kardinaal Danneels was hij dé aangewezen man.

(Léonard lacht weer)

Ik citeer de toenmalige pauselijke nuntius, Karl-Josef Rauber, in het Italiaanse tijdschrift Il Regno.

't Is niet het beste wat meneer Rauber heeft gedaan, als pauselijk nuntius het geheim van de procedure schenden. Misschien heeft hij te vertrouwelijk met een journalist gesproken? U weet: vertrouwelijkheid is gevaarlijk in het gezelschap van een journalist, haha. Maar goed, wat u zegt kan kloppen: ik heb geen reden daaraan te twijfelen.

Dat betekent dat Benedictus XVI, de paus zèlf, u tot aartsbisschop benoemd heeft. Hij is namelijk de enige die boven de procedure staat.

De paus mag benoemen wie hij wil, ook iemand die niet in de terna staat. U kunt het zo interpreteren dat ik de rechtstreeks verkozene van de paus ben. Maar: als de paus een zeer persoonlijke beslissing neemt, dan doet hij dat niet alleen. Hij raadpleegt ook andere mensen.

3. Uw eerste grote optreden als aartsbisschop was de bekendmaking van het ontslag van Roger Vangheluwe als bisschop van Brugge, na diens bekentenis dat hij jarenlang zijn neefje seksueel had misbruikt. U maakte een ferme indruk: het moest voorgoed afgelopen zijn met seksueel misbruik in de kerk, gaf u te verstaan. Zero tolerance voor alle bedienaars van de godsdienst, van hoog tot laag.

Dat was mijn vaste voornemen, al lang voor het geval-Vangheluwe aan het licht kwam, trouwens. In het bisdom Namen heb ik niet anders gehandeld. Vanaf het begin was ik heel resoluut als het ging over seksueel misbruik. Ik heb daar geen spijt van, integendeel: ik ben blij dat, dankzij mijn oproep van 23 april, honderden slachtoffers eindelijk de moed hebben gevonden zich te melden bij de commissie-Adriaenssens om gehoord te worden. De slachtoffers zijn onze prioriteit.

Was uw eerste jaar als aartsbisschop een annus horribilis?

Een annus mirabilis zult u bedoelen. Niet iedereen krijgt op zijn zeventigste nog de kans nieuw terrein te verkennen. Dat was héél mooi. Ook de ontvangst die ik in mijn aartsbisdom kreeg, bij mijn aanstelling en later ook bij mijn pastorale bezoeken, zal ik niet licht vergeten.
Natuurlijk waren er ook enige beproevingen.

Na uw eerste persconferentie heette het dat u veel mensen in gunstige zin had verrast. Ruim een halfjaar later wijst een enquete uit dat 84 procent van de Vlamingen u onbekwaam acht. Doet het u iets?

Ik heb het gelezen, en het zou me verbazen als het waar is. Alle contacten die ik tot nog toe in Vlaanderen heb gehad, zijn positief verlopen. Véél warmer dan wat ik indertijd bij mijn aanstelling als bisschop in Namen heb meegemaakt. Maar nu ik aartsbisschop ben, krijgt alles wat rond mij gebeurt onvermijdelijk een bredere weerklank. Ik ga ervan uit dat het wel zal evolueren.

4. U hebt op uw zesde een roeping gehad, staat in uw boek. Klopt dat?

Ik herinner me nog het moment dat ik expliciet tegen de Heer heb gezegd: 'Ik word later priester.' Kerstdag 1946. Als je dan al zeker bent, heb je er al over nagedacht. Het besluit priester te worden is dus nog iets vroeger gekomen.

Het gezin Léonard had vier zoons, alle vier zijn ze priester geworden. Had dat te maken met het vroegtijdige overlijden van uw vader, tien dagen na uw geboorte? Een zoektocht naar de Vader?

Ik geloof niet in die psychologische verklaring. Alle vier hebben we, onafhankelijk van elkaar, onze roeping ontdekt. Eén jaar nadat ik - op mijn zesde - het besluit had genomen priester te worden, vernam ik dat Jean, mijn oudste broer, het seminarie zou ingaan.

Het is dus toeval?

Dat zou ik niet zeggen. Toeval komt zelden voor. Maar: het was niet de vrucht van overleg tussen de broers.

U hebt, met alle broers samen, in 1987 de begrafenis van uw moeder verzorgd. Een vreemd moment?

Ik ging voor in de mis, mijn drie broers concelebreerden. En drie weken later stierf één van hen, Pierre, de tweede oudste.
(Stil) Het was een mooi moment. Een ultiem teken van dankbaarheid tegenover onze moeder, die ons in haar eentje had grootgebracht.

Leven uw andere broers nog?

Paul, de derde van het gezin, is de enige die hier nog op aarde vertoeft.

Paul was jarenlang de officiële exorcist van het bisdom Namen.

Acht jaar lang.

Drijft een exorcist de duivel uit bij mensen die van het kwade bezeten zijn?

Zelden. Het gaat meestal om mensen die er niet in slagen moeilijke of vreemde voorvallen te verwerken. Een exorcist helpt hen daarbij, door hen weer in contact te brengen met de kern van het geloof: de persoon van Jezus. Het sacrament van de verzoening speelt daarin een grote rol. De ziekenzalving ook. De eucharistie. Voor zo'n taak heb je sterke priesters nodig, onwankelbaar in het geloof, mensen van gebed, die tegelijk voeling met de realiteit hebben: mensen met humor. Met humor kun je afstand nemen, dingen in perspectief plaatsen. Het was een mooie ervaring voor Paul, heb ik begrepen, zij het bijzonder vermoeiend.

5. Kunt u op volgende vragen kort antwoorden met: pro of contra?

Prima.

Getrouwde priesters?

Priesters die trouwen, dat heeft nooit bestaan en dat zal nooit bestaan. Getrouwde mannen die later tot priester worden gewijd, zoals in de oosterse kerken gebruikelijk is: dat zou kunnen, al vind ik het zelf niet opportuun. Het is geen goede oplossing voor het priestertekort.

Vrouwen die priester worden?

Een priester is niet alleen een ambtenaar van het sacramentele, hij vertegenwoordigt ook Christus als bruidegom van de mensheid en de kerk. Een vrouw kan moeilijk de rol van bruidegom aannemen.

Scheiden en hertrouwen voor de kerk?

Jezus spreekt daarover duidelijke taal. Het is onmogelijk voor een tweede keer sacramenteel voor Christus en de kerk te trouwen als je echtgenoot of echtgenote nog leeft. En er is het probleem van de communie.

U mag gescheiden mensen niet de communie geven?

Laat ik positief blijven. Ik ken veel mensen die niet ter communie gaan maar in een veel diepere eenheid met Christus leven dan anderen die wel in orde zijn met alle voorschriften maar op een bijna mechanische wijze hun geloof belijden.

Concreet: gééft u de communie aan iemand die gescheiden is?

Als zo iemand ter communie gaat, zal ik niet weigeren. Dat doe ik met niemand. Maar als ik de gelegenheid krijg met zo'n persoon te spreken, zal ik hem helpen op een andere manier in diepe eenheid met Christus te leven. Hetzelfde geldt voor kinderen die nog te jong zijn om al ter communie te gaan.
De Heer is niet de gevangene van zijn eigen sacramenten. Iemand die niet ter communie gaat - omdat hij te jong is, of te ziek, of in een land leeft waarin het geloof wordt onderdrukt, of omdat zijn huwelijkse staat inderdaad niet strookt met het evangelie: zo iemand kan nog altijd in diepe eenheid met Christus leven. Die eenheid reikt verder dan de sacramenten.

6. U hebt na uw benoeming tot aartsbisschop uw voornaam veranderd van André-Mutien in André-Joseph. Welk idee ging daarachter schuil?

Mutien is een heilige die met name in Wallonië bekend is. Hij heeft geleefd in Malonne, in de buurt van Namen. De naam Mutien is mooi, maar hij klinkt erg Waals. Ik vond dat ik een naam moest kiezen die iets betekende voor héél het land. Joseph is de patroonheilige van België.

7. Een prachtige foto van u heeft de voorpagina van ongeveer alle kranten gehaald: in volle kerkelijke crisis barst u, in vol ornaat, in schaterlachen uit. Met permissie, maar wat was er precies zo grappig, monseigneur?

Ik had enkele journalisten geplaagd, en zij plaagden mij terug. Zo eenvoudig was het, een grapje, meer niet.

8. U bent geen doorsneebisschop. Dat hebben we al meermaals op de televisie gezien. U bent bijvoorbeeld, in het RTBf-programma 'Striptease', in zwembroek gefilmd.

U zou toch niet willen dat ik, in navolging van pater Versteylen, naakt ga zwemmen (lacht)? Dan beter een zwembroek, vind ik.

En een badmuts, die had u ook op.

Dat moest van het zwembad. Tenminste, in Namen was dat de rigueur. In Mechelen is het dat niet meer.

We hebben u in dat programma ook zien zingen met bejaarden.

Doe ik graag. Ik kan zonder probleem een uur lang zingen met mensen in het rusthuis. Oudere liederen, deuntjes die iedereen kent.

Wat zijn uw favoriete schlagers?

'Le temps des cerises', 'A la claire fontaine', 'La mort du cerf', en ook in het Nederlands: 'Sarie Marijs' of 'Ik zou wel eens willen weten'.

Nog zo'n gedenkwaardig moment: na de uitverkiezing van de huidige paus, Joseph Ratzinger, ging u op uw knieën voor uw televisietoestel zitten.

Omdat de paus, na zijn verkiezing, het volk zegende. Ik zit altijd op mijn knieën voor de televisie als de paus de zegen geeft. Als hij met Kerstmis of Pasen zijn 'Urbi et orbi' uitspreekt, doe ik dat ook. Dat is normaal.

9. U bent niet bang voor een beetje controverse op zijn tijd. Waarom niet?

Op lange termijn loont het om duidelijk te zijn en de waarheid te spreken. Ook al krijg je daardoor op korte termijn tegenkanting en moeilijkheden.

In uw meest controversiële uitspraak van het voorbije jaar noemde u aids 'een soort immanente gerechtigheid, een beetje zoals we op het ecologische vlak soms de rekening gepresenteerd krijgen voor wat we het milieu aandoen'. Hebt u spijt van die uitspraak?

Het spijt me dat alle aandacht voor een boek van meer dan tweehonderd bladzijden is herleid tot één passage die uit zijn context is gelicht. Ik heb een open brief gepubliceerd om daarover klaarheid te scheppen.

Maar blijft u achter uw uitspraak staan?

Jazeker. Lees de twee bladzijden waarop ik, met de nodige voorbeelden, mijn stelling illustreer: dat zal geen commotie veroorzaken.

Samengevat komt het hierop neer: wie de natuur geweld aandoet, wordt door de natuur gestraft. Wie de liefde geweld aandoet, overkomt hetzelfde: die wordt door de liefde gestraft.

Juist, maar met de nuances die je in het boek terugvindt. Kijk, nog wat publiciteit voor het boek (lacht).

10. Nog een citaat uit het boek, over uzelf dit keer: 'Hij blijft steeds eerlijk, ontwijkt geen vraag, verloochent nooit zichzelf en steekt zich achter niets weg. Dat maakt hem tot 'iemand', en daardoor ook kwetsbaar en sterk tegelijk.' Weet u nog van wie die woorden komen?

Van mijn voormalige woordvoerder Jürgen Mettepenningen. Ik apprecieerde hem ontzettend, wij waren goed bevriend. Ik vond ook dat hij zijn job uitstekend deed, maar ik begrijp dat het hem mettertijd zwaar is gaan vallen.

De lovende woorden van Mettepenningen dateren van september 2010. Iets meer dan een maand later, begin november 2010, noemt hij u 'een spookrijder'.

Dat is zijn verantwoordelijkheid. Ik heb nog altijd veel respect voor onze - goede - samenwerking.

Met 'spookrijder' bedoelde hij: u speelt soloslim, u pleegt geen overleg met de andere bisschoppen.

Hij bedoelde dat ik soms uitspraken doe die niet politically correct zijn. Dat ik een te duidelijke taal spreek, die controverse kan oproepen.

De bisschoppen Harpigny en Bonny spraken, na afloop van de harde persconferentie van Mettepenningen, hun waardering voor hem uit. Betreurt u dat?

Nee. Iedereen heeft recht op zijn eigen mening.

Nog één ding over Mettepenningen. Waarom hebt u hém eigenlijk als woordvoerder genomen? Hij had daarvoor al een boek geschreven waarin hij 'dissidente meningen' over het geloof vertolkte.

Ik heb geen spijt van mijn keuze: Mettepenningen kan heel loyaal zijn. Ik had zijn boek overigens gelezen. Héél interessant, al bevatte het enkele opinies die niet de mijne zijn. Maar als ik alleen nog samenwerk met mensen die helemaal hetzelfde denken als ik, dan wordt het lastig.

11. Operatie Kelk, zullen we het daar toch maar even over hebben? Met name in Vlaanderen duikt het ene na het andere dossier van kindermisbruik door geestelijken op. Waarom niet in Wallonië?

Dat is een raadsel, ook voor Peter Adriaenssens. Ik denk niet dat de Walen heiliger zijn dan de Vlamingen.

In Wallonië gaat het schandaal nog losbarsten?

Niet noodzakelijk. Misschien was de positie van de kerk in Vlaanderen anders dan in Wallonië: de Vlaamse kerk had indertijd meer macht. In Wallonië was de kerk altijd al iets discreter.

Joël Devillet, het bekendste slachtoffer van seksueel misbruik in uw vroegere bisdom Namen, beweert in De Morgen dat tien priesters uit dat bisdom misbruik hebben bekend, maar nog altijd in functie zijn.

Ik ben daarvan niet op de hoogte, maar misschien beschikt hij over informatie die ik niet heb. Nu, ik wil niet te veel over onze Joël spreken.

Die zaak loopt nog voor de burgerlijke rechtbank, bedoelt u?

(Léonard knikt)

Was de zaak-Devillet voor het bisdom Namen niet in de eerste plaats een kwestie van tijd winnen? Zorgen dat de zaak verjaarde, zodat de dader zich niet meer voor de correctionele rechtbank zou hoeven te verantwoorden?

Hoegenaamd niet! Ik had geen enkele reden om die priester te beschermen. Maar goed, dat moet in een andere context worden besproken, niet hier.

Is Operatie Kelk: de loge versus de kerk?

Dat zou ik niet durven te beweren. Het was buiten proportie, alleszins. Maar ik ben geen aanhanger van complottheorieën.

Hoe hebt u de huiszoeking in het aartsbisschoppelijk paleis beleefd?

Veeleer positief, een nieuwe ervaring (lachje). Het was zozeer buiten proportie dat het aan het belachelijke grensde.

U doelt op de boorwerken in de crypte van de kathedraal?

Ook op de manier waarop alle dossiers uit het raam in een vrachtwagen werden gegooid. Buitenmaats. Dat zeg ik met alle eerbied voor het werk van een onderzoeksrechter.

Daarna is vooral kardinaal Danneels in het oog van de storm komen te staan. Heeft hij zichzelf en de Belgische kerk goed verdedigd?

Ik betwijfel of het beter kon.

Hebt u de zogenoemde Danneels-tapes gelezen?

De gepubliceerde teksten gaven niet het geheel van de conversatie weer, me dunkt. En dus riepen ze vragen op. U mag de context niet vergeten waarin de kardinaal zich bevond: hij sprak met de familie. Misschien heeft hij daar ook rekening mee gehouden?

Het is geen geheim dat kardinaal Danneels en uzelf geen vrienden zijn.

(verwonderd) O?

Hij heeft in 1986 uw benoeming tot bisschop van Luik gedwarsboomd, en in 2010 heeft hij hetzelfde geprobeerd bij de benoeming van zijn opvolger als aartsbisschop. Zijn hij en u 'frères enemis'?

Dat zijn beweringen voor uw rekening. Wij kunnen heel goed met elkaar opschieten. Al hebben we een ander temperament, onze contacten verlopen uitermate vriendschappelijk.

12. Waarom bent u nog geen kardinaal?

Omdat mijn voorganger nog geen tachtig is. Wat dat betreft sta ik niet alleen: verscheidene aartsbisschoppen zijn niet tot kardinaal benoemd omdat hun voorganger niet oud genoeg is. Op die manier probeert het Vaticaan te vermijden dat bij een eventueel conclaaf te veel stemmen afkomstig zouden zijn van één en hetzelfde land.

13. Een tijdje geleden kondigde u aan dat u ging verhuizen naar Kuregem, de Brusselse probleemwijk. Is uw huis daar al klaar?

Nog niet. Dat zal pas voor februari zijn.

Bij uw eerste bezoek aan Kuregem werd u het slachtoffer van een overval. Blijft u bij uw voornemen daar een deel van uw tijd door te brengen?

'Een deel', dat zegt u juist. Ik zal vooral in Mechelen blijven wonen. Af en toe zal ik enkele dagen in Brussel doorbrengen.

U zult dus weer opduiken op de tribune van KV Mechelen, zoals een tijdje geleden?

Dat sluit ik niet uit.

Toen Danneels aartsbisschop was, won KV Mechelen de Europabeker. Zal tijdens uw ambtstermijn hetzelfde gebeuren?

Dat hoop ik voor hèn (lacht).

14. Afgelopen zomer hebt u in Westvleteren een ontmoeting gehad met de in ongenade gevallen Roger Vangheluwe. Achteraf zei u dat hij geen besef had van wat hij had aangericht. Conclusie: meneer Vangheluwe is een 'kernpedofiel' - geen gelegenheidsdader, maar iemand die zich werkelijk seksueel aangetrokken voelt tot kinderen?

Dat zou ik niet durven te zeggen. Er zijn twee hypothesen. Eén: hij is zich niet helemaal bewust van de draagwijdte van de gebeurtenissen. Twee: de feiten zijn minder erg dan wat verteld werd. Maar goed, het is niet mijn taak dat uit te zoeken.

Maar: als de eerste hypothese klopt, is hij dan een kernpedofiel?

Dat lijkt me een overhaaste conclusie. U zou daarover beter een specialist raadplegen. Een psychiater.

Hebt u nog contact met hem?

Nee.

Geldt voor Vangheluwe hetzelfde als wat u voor de Kamercommissie seksueel misbruik over andere oude pedofiele priesters hebt gezegd: we moeten een beetje mededogen met ze hebben?

In mijn open brief heb ik dat enigszins toegelicht: ik had het alleen over gevallen waarin het gerecht niet meer kan vervolgen, of gevallen waarin slachtoffers zich niet tot het gerecht willen wenden. Ik stelde me de vraag: welke sanctie moet ik nemen als het gaat om oude en zieke mensen? Wat is het beste: zomaar een sanctie nemen, bijvoorbeeld de dader niet meer de mis laten celebreren in het rusthuis, of een ontmoeting organiseren tussen dader en slachtoffer, waarin de dader schuld erkent voor het leed dat hij heeft aangericht? Ik stelde de vraag, omdat ik zelf niet zeker was van het antwoord.

Binnenkort spreekt de paus zich uit over het lot van Vangheluwe. Wordt hij terugezet tot de lekenstaat?

Dat denk ik niet, al mag ik niet namens de paus spreken. Mij lijkt het dat het bisschopsambt hem zal worden ontnomen.

15. Onbegrijpelijk blijft, voor gelovigen en ongelovigen, dat de Belgische bisschoppen op geen enkel moment een mea culpa hebben geslagen.

Dat hebben we wel gedaan. Expliciet, in de brief van de bisschoppen op 19 mei.

Eén keer volstaat?

Léonard «We hebben schuld bekend, met overtuiging, maar dat hoeven we toch niet elke week te doen? Het gaat om misdaden die door anderen zijn begaan.

Is de werkelijkheid niet prozaïscher? U kunt zich geen uitgesproken mea culpa veroorloven, omdat er anders gigantische financiële schadeclaims dreigen, die het failliet van de kerk kunnen inleiden - kijk naar wat in Amerika gebeurt.

Als er een oplossing wordt gevonden, moet die haalbaar zijn voor de héle samenleving, niet alleen voor de kerk. De solidariteit moet komen uit alle milieus van de samenleving. En dat is een zeer complex probleem. Deskundigen onderzoeken het op dit moment.
Het is geen kwestie van louter juridische voorzichtigheid, zoals u suggereert. Het is ook een morele kwestie: sorry zeggen is te makkelijk. Het belangrijkste zijn de daden die we stellen: de beslissingen die we nemen opdat zulke zaken zich niet meer zouden voordoen.

16. Wat is de essentie van het evangelie in twee zinnen?

In één zin: alles toespitsen op de levende persoon van Jesus Christus.

Is er nog een toekomst voor de Kerk in België?

Er is toekomst, ongetwijfeld, maar de structuren van die kerk zullen anders zijn. Het zal een meer belijdende en bekennende kerk zijn.

Liever tien belijdende gelovigen dan honderd lauwe gelovigen?

Ik wil de lauwe gelovigen niet minachten. De kerk moet openstaan voor iedereen, ook voor kleine gelovigen zoals u en ik (lacht).

18. Heeft België nog toekomst?

Ik hoop het, maar dat zal van ons allemaal afhangen. Hoe open van hart zijn we voor de buren? Sprekend namens de Franstaligen zeg ik: het hangt af van de bereidheid van de Franstaligen om de Nederlandse taal en cultuur beter te leren kennen en te appreciëren. Daar is nog werk aan de winkel.

Zegt u nu: de schuld ligt bij de Franstaligen?

Het is een probleem voor iedereen, maar de Franstaligen moeten in elk geval een grotere inspanning leveren om hun buren tegemoet te komen.

En niet vice versa?

Ook vice versa, maar het is beter dat een Vlaming zoiets zegt (lacht).

1 opmerking: